Congres Palliatieve Zorg
Existentiële Vraagstukken
Congres Palliatieve Zorg
De programmamaker van Verpleegkundige Congressen die het Congres Palliatieve Zorg in Veenendaal organiseert op 12 oktober 2018, vindt dit wel een leuk vraagstuk en vraagt of ik, Cees van der Boom, mijn lezing hierop wil baseren:
“Kan de wetenschap ons het antwoord geven op die existentiële vragen die door cliënten en patiënten regelmatig bij verpleging, zowel expliciet als impliciet, gesteld worden?”
Existentiële vraagstukken …
Dit is basis voor mijn lezing en de workshop die daarna volgt om dit verder te verkennen:
De dame en de heer
Ze komen samen op mij aflopen. Een dame en een heer. Ik steek mijn hand uit en de dame pakt mijn uitgestoken hand met twee handen beet. Een stevige, fikse handdruk. Allerlei eerste indrukken komen bij mij binnen maar die parkeer ik direct. De heer steekt ook zijn hand uit en barst meteen in snikken uit.
Wat weet ik nu? Nog helemaal niets … Dáár ligt voor mij de kern naar oordeelloos luisteren. Mijn tip aan u is: Parkeer de eerste indrukken. Wellicht kunnen ze láter nog van pas komen maar u hoeft er nú nog niets mee.
De heer draait en draait in zijn stoel; de dame kijkt bezorgd en berustend. Ze legt liefkozend haar linkerhand op zijn rechterarm. Ik vraag: ‘Wat kan ik voor jullie doen?’
“Ik ga dood,” zegt de heer. “Ik heb uitgezaaide longkanker …”
Wetenschap
Kan de wetenschap ons het antwoord geven op die existentiële vragen die door cliënten en patiënten regelmatig bij verpleging, zowel expliciet als impliciet, gesteld worden?
In deze lezing schets ik een kader voor de workshops van straks.
Want: om welke vragen gaat het nu echt? Waar gaat het dan om? Om zingeving?
En mijn hoofdvraag is dan vooral: gaat het wel om de antwoorden?
Of … gaat het om verbinding en om met elkaar verbonden te zijn. En om wie jij als mens bent. We gaan dat straks met elkaar verkennen.
Wat is werkelijkheid?
Allereerst vind ik het van belang om te bezien wat ‘de’ werkelijkheid is.
Wat ík zie, is ‘de’ waarheid voor mij. Jij kunt dat heel anders zien.
Datzelfde geldt ook voor verwachtingen. Als je hoge verwachtingen hebt, zul je bijna altijd teleurgesteld zijn, omdat wat je krijgt niet klopt met het plaatje wat je (vooraf) bedacht.
Zo neem ik je mee in deze lezing en verkenning en hoop ik je te prikkelen tot nadenken. Tot reflectie op eigen handelen en ook over jouw zienswijze.
Ik geef ook steeds leestips van boeken die ik interessant en de moeite waard vind om met jou te delen. Op mijn website lees je uitgebreidere recensies {klik op de afbeelding en je wordt doorgeleid naar de recensie {voorzover nu al geschreven}}.
Filosofie
Hoe ‘zien’ we de wereld?
Dat is op zich al een interessante vraag. Want: wát zien we nu echt?
Filosoof Sanneke de Haan
Sanneke de Haan - researcher in philosophy and psychiatry - tuurde als kind ademloos in de vijver van haar achtertuin. Ze verwondert zich over die onderwaterwereld van vissen. Vissen die geen weet hebben van de wereld erboven.
Staat dat niet symbool voor ‘een wereld achter een wereld?’ Een zeer terechte vraag, toch? Is de wereld die wij zien dan wel de ‘echte’ wereld? Wat is dan werkelijk?
Wat is de zin van het leven? Wat is mijn doel op aarde?
De hoofdvraag voor mij is: Zijn dit wel terechte vragen?
‘Zin’ suggereert immers dat het leven ergens ‘goed’ voor moet zijn. Dat je een objectief doel moet kunnen bereiken? Als het antwoord zo simpel zou zijn, waarom reizen we dan niet simpelweg van ‘A’ naar ‘B?’
Levenslessen
Als ik nú, op dit moment, terugkijk op mijn leven, zie ik dat ik heel veel keuzes maakte. Goede keuzes! Dat is wat ons ‘ego’ maar al te graag hoort. Maar … Maken we niet allemaal ook keuzes waarvan we achteraf zeggen dat we beter andere keuzes hadden kunnen maken?
Is dat dan goed of fout? Mensen leren. Mensen krijgen inzichten. En met de inzichten van nú, kan ik terecht zien dat andere keuzes passender zouden zijn. Maar dat is wel: nú!
Met de kennis van nu, op dit moment. Want ik leer. Ik leer elke dag.
We doorlopen een rijpingsproces waarbij we soms ook terugvallen of omkeren. ‘Initiatie’ betekent ‘begin.’ En inderdaad maken de meeste mensen in hun leven een aantal keren een nieuwe start wanneer ze een nieuwe dimensie van wie ze zijn betreden.
Het verschil tussen elk jaar je verjaardag vieren en léven en léren.
Verleden, nu en toekomst
Veel mensen kijken niet naar het nu. Naar het leven van dit moment.
Adem! Leef! Beleef! Ervaar! Geniet!
De vraag naar de zin van het leven is voor veel mensen terugkijken naar het verleden. “Vroeger was alles beter.” Misschien is dat zo, maar wij leven in het nu. Door te veel terug te kijken naar het verleden missen we de kansen die zich nu voordoen en morgen kijk je dan weer terug en zeg je dat misschien weer.
Wake-up call
‘Als ik hier uitkom dan …’ Ik hoor mensen met kanker dat zo vaak zeggen … Ik hoop dat het ze gegund is. Maar is het niet vreselijk dat ze deze wake-up call nodig hebben om ‘wakker’ te worden? Wat maakt dat ze dan op dat moment wél die keuze maken? Waarom al niet veel eerder?
Doodsangst
Misschien komt dat door de doodsangst die uit de diagnose kanker spreekt. Dan hebben we het namelijk over een oerangst. Over levensvragen die ineens heel zwaar onder druk staan.
Oerangst heeft ons vroeger heel goed geholpen in tijden dat vijanden voor ons te groot waren om te bevechten. Het is een angst die van alle tijden is. Het is de angst voor ons bestaan zelf. Onze eigenlijke existentie.
En de dood is iets dat wij niet kennen. We zijn er bang voor. Doodsbang.
Veel mensen hopen aan het einde van hun leven een sticker te krijgen als bewijs dat zij het ‘goed’ deden in het licht van een bepaald doel. Maar: wat is zo’n sticker waard? Er is immers geen norm of criterium?
Er zit veel rijkdom in het leven zelf. Veel om gelukkig over te zijn. En dan bedoel ik vooral de verbondenheid met anderen. Elk mens heeft zijn angsten, zijn worstelingen, zijn onhandigheden en zijn kwetsbaarheid. Dát is wat ik maar al te vaak hoor.
Filosofie
Filosofen als Martin Heidegger {1899 - 1976} , Karl Jaspers {1883 - 1969} en Jean-Paul Sartre {1905 - 1980} beschreven het individu en zijn existentie; zijn bestaan in de telkens aanwezige situatie; de spanning van het zijn en het niets, de dood.
Freud
Sigmund Freud {1856 - 1939; neuroloog en grondlegger van de psychoanalyse} meende dat we de dood wel waarnemen, maar alleen als toeschouwer. Hij stelde dat wij ons geen beeld kunnen vormen over onze eigen dood: in ons onderbewuste heerst, volgens hem, de overtuiging dat we onsterfelijk zijn. Omdat de dood geen onderdeel vormt van de bewuste en onbewuste belevingswereld, en daarom kunnen we er ook niet bang voor zijn, veronderstelde hij.
Het hoogst haalbare wat een mens kan waarnemen is een BDE. Een Bijna Dood Ervaring.
Zoals ik die ook ken. Ik was een jaar of 10 toen ik bijna verdronk in de Noordzee. Een meer dan heftige ervaring voor mij en mijn ouders. ‘Waarschuw iedereen maar, want hij haalt de avond niet,’ was het eerste bericht.
En toen dat niet gebeurde en ik toch bleef leven, zei de behandelend arts in die tijd tegen mijn ouders: ‘Vertel maar wat er gebeurde, dan krijgt hij wel flash-backs.’ En dat klopte.
Ik lag een dag in coma. Een zeer dierbare vriendin die ernstig ziek was en langdurig in coma lag herkent dat ook. Zij raadt dit boek aan. Voor haar is dit een-en-al herkenning. Als zij dat zo benoemt, geloof ik dat direct!
Brenner en Kastenbaum
Joseph E. Brenner {1934} en Robert J. Kastenbaum {1932} stellen daar tegenover dat Freuds’ visie opmerkelijk is als je kijkt naar de ingrijpende invloed van de dood op ons bestaan. We beseffen immers al vanaf jongere leeftijd dat er een tijd komt dat we er niet meer zijn?
Het besef van < niet zijn > is bij vrijwel iedereen aanwezig en kan nadrukkelijker op de voorgrond treden wanneer er zich een bedreigende situatie voordoet, zoals een ernstige ziekte.
Yalom
Een van de grootste critici van Freud is Irvin D. Yalom {1931}. In 2008 benadrukt hij dat de reële bedreiging van onze sterfelijkheid bij vrijwel iedereen op de achtergrond aanwezig is en een verlammende vernietigingsdrang teweegbrengt.
Hij sloeg een brug tussen de filosofie en de psychiatrie en beschreef vier existentiële gegevenheden.
1. De onvermijdelijkheid van de dood voor onszelf en voor degenen die wij liefhebben.
2. De vrijheid die wij hebben om ons leven de vorm te geven die wij willen.
3. Onze essentiële eenzaamheid.
4. De afwezigheid van een duidelijke zin of betekenis van het leven.
Jouw rol als verpleegkundige
Wat betekent dit voor jou? Hoe sta jij daar in? Hoe ga jij daar praktisch mee om?
Als je, in meer of mindere mate bang bent voor de dood, of als je een recente, heftige ervaring meemaakte, dan tekent zich dat toch ook af in jouw relatie met de patiënt? Kun je dan oprecht en empathisch met de patiënt in gesprek?
Coping stijlen
Er zijn meerdere coping stijlen. Je kent die: actief aanpakken; sociale steun zoeken; vermijden; palliatieve reactie; depressief; expressie van emoties en geruststellende gedachten.
Welke stijl hanteert jij persoonlijk? Welke belemmering of belemmeringen ervaar jij?
Misschien hanteer je zelf wel meerdere stijlen. Uit de literatuur en in mijn ervaringen blijkt voor veel mensen dat juist een combinatie van stijlen zo effectief is.
Wat betekent dit voor jouw zorgvrager? Hoe blijf je in verbinding?
Verwácht de patiënt antwoorden?
Veel verpleegkundigen worstelen met vragen van patiënten en cliënten. In alle gesprekken die ik met hen voerde, blijkt die worsteling uit een stuk onvrede. Die ontstaat omdat ze het gevoel hebben dat er antwoorden moeten komen. Dat er oplossingen moeten komen. Dát is immers wat de patiënt vraagt?
Misschien voel je je ook wel onkundig en onprofessioneel als je geen antwoorden weet.
Zegt dat iets over jou? Of zegt dat iets over wat er nu werkelijk nodig is?
Vincent van Bruggen
Er zijn allerlei publicaties en theoretische modellen die ingaan op de dood. Op vragen van zingeving. Op … noem maar op.
Vincent van Bruggen, onderzoeker aan de Vrije Universiteit stelt dat er momenteel nog onvoldoende wetenschappelijke basis is voor de beantwoording van de vraag welke benadering het meest effectief is. De vraag die dan ontstaat is of er überhaupt wel een antwoord mogelijk is?
Tijdens mijn opleiding tot Mastercoach lag vooral de nadruk op oplossingsgericht coachen. Iemand heeft een probleem en werkt toe naar een oplossing. Toen geloofde ik dat.
Het is hetzelfde als een levensvraag en levensdoel. Als het zo simpel is, reizen we toch gewoon van ‘A’ naar ‘B?’
Ik ontdekte echter dat mensen vragen hebben, levensvragen, en dat ze daarmee op reis gaan. Tijdens die reis doen ze allerlei ontdekkingen en ervaren ze nieuwe inzichten. Daarmee verandert de vraagstelling of die vraagstelling wordt bijgesteld. Dát leidt ook weer tot nieuwe inzichten. Ik vínd dat mooi …
Henk Barendrecht
Hoogleraar wiskunde en informatica en onderzoeker Henk Barendrecht {1947} ontdekte in onderzoeken naar ‘Hoe om te gaan met existentiële angst’ dat Meditatie de sleutel is.
“Bij meditatie draait het om zuivering van de geest: de geest terugbrengen tot de essentie. Tijdens meditatie kunnen we de oerangst voor de leegte, de angst voor de dood ervaren. Bij meditatie leren we de angst te zien en te remmen.
Mindfulness blijkt zeer effectief tegen depressie: het biedt volgens hem een geneesmiddel. Bij mindfulness zeg je niet: ‘ik ben droevig’ maar ‘er is droefheid.’ Je valt niet met de droefheid samen, gaat er niet in op.”
Fabel?
Mindfulness? Als ik dat nog maar een paar jaar geleden zou benoemen, dan was dat iets ‘zweverigs.’ Iets dat niet passend is. Iets waarvoor je zou waken om dat te benoemen.
Mindfulness nu nog steeds zweverig? Niet meer! Zelfs niet volgens de zorgverzekeraars. Vanaf 1 januari vergoeden meerdere zorgverzekeraars mindfulness-trainingen in het aanvullende pakket en worden huisartsen door onder andere informatiebijeenkomsten gestimuleerd vaker mindfulness voor te schrijven!
Jouw rol
Kúnnen we antwoorden geven als de patiënt de dood nog niet ervaart en jij ook niet?
Wat ik zie en ervaar is dat mensen de verbinding zoeken. Ik ervaar in alle gesprekken dat ‘oordeelloos luisteren’ werkt. Ik ervaar dat ‘compassie’ werkt.
Het gaat niet meer over theoretische modellen. Het gaat over verbondenheid. Elk mens heeft een intens en diep verlangen naar verbondenheid. Juist als het leven op de meest heftige manier toeslaat en doodsangst ontstaat.
De zorgvrager moet ermee dealen. De hulp, begeleiding en het intermenselijke contact van de hulpverlener is onontbeerlijk. Het is bróódnodig.
Niemand verdient het om alleen te sterven. Want uiteindelijk weten we allemaal dat die dag er op een keer komt.
Ik hoop dat jij dit nu meeneemt.
Afrondend: De dame en de heer
Terug naar de dame en de heer. De problematiek bleek vele malen ernstiger toen ik begon met het stellen van verkennende vragen. Elke vraag bracht hen naar een diepere laag. Het werd een gesprek dat ruim 4 uur duurde.
‘Als ik extreem veel pijn ervaar, dan wil ik euthanasie,’ zei de heer. ‘De dokter weet exact wanneer dat zo ver is.’ Ik keek hem aan en zei: ‘Volgens mij zie ik nu ook heel veel pijn. Wilt u nu al dat spuitje?’ Hij keek mij verbaasd aan.
Het bleef enkele minuten heel stil. Hij begon te draaien en ik zag dat hij inzichten kreeg. Toen reageerde hij: ‘Ik ben dus zelf aan zet. Ík moet aangeven wanneer het zo ver is …’
Wetenschappelijk of niet en welke methodiek nu deugdelijk is of niet: Ik nodig je uit om de verbinding aan te gaan. Ik nodig je uit om verwonderd te zijn. Niet om vragen te vermijden, maar uitnodigend te bespreken. Om oordeelloos te luisteren.
En vooral om er te zijn. Vanuit compassie. Vanuit empathische verbondenheid.
Dát leidt tot inzichten bij de vraagsteller …
Compassie en verbondenheid: Is dát niet waar alles uiteindelijk om draait?
© Cees van der Boom